Camino 3



Sneeuw

Jullie verwachten zonnige plaatjes? Die heb ik ook. Maar eerst gaan we net als ik in april destijds, ploeteren door de sneeuw. ’s Ochtends wakker worden en zien dat het raam op Wintersport staat.

Op het Domaine Sauvage, een pelgrimsovernachtingsplaats in Aubrac, had ik het gevoel in een klucht mee te spelen. We hadden sneeuwstormen getrotseerd om er naar toe te lopen. We trekken onze schoenen uit, schudden de sneeuw van ons af, ontgespen de rugzakken en verheugen ons op de warmte binnen.

Eindelijk binnen, zegt de eigenares tegen ons: ‘loop maar weer naar buiten, linksom en kies de andere ingang, daar wacht ik jullie op’. ‘Ja maar’, probeer ik nog, ‘mogen we niet binnendoor’? ‘Absolument pas’ klinkt het streng! Een beetje verbolgen trekken wij onze schoenen weer aan, gooien de rugzak om en baggeren weer door de sneeuw.



Aan de andere kant aangekomen doen we de deur open en gaan naar binnen.  Daar zien we een groep pelgrims die met de auto zijn gekomen en onze eigen Koitchi. Koitchi maakt alleen maar gekke bewegingen als ik vraag waar de eigenares is. Een Duitser licht ons in:’Ja, die ist gerade weggegangen’. Via de voor ons Verboden Korte Route.

Wat doe je dan? Door de Verboden Deur, en de Korte Route! Ik roep: ‘Madame, Madame, we zijn hier en nu bent u weer daar en het sneeuwt buiten en’ … Madame is boos, maar ze kan ons moeilijk terugsturen en ik vertel snel dat we maar 1 nacht blijven.



Het spreekwoord Celui qui passe l’Aubrac, va arriver à St. Jacques (Hij die de Aubrac voorbij is gekomen, zal aankomen in Santiago) krijgt voor mij een bijzondere betekenis

Gepubliceerd door juffiegelukkigonderweg

Nog steeds denk ik "ooit schrijf ik een boek". Tot die tijd vind je me op mijn weblog als ik tenminste niet onderweg - op reis - ben. Het liefst schrijf ik over alledaagse dingen en over taal.